Paardenangst

Ik kijk naar ze, hoe drie van de zes in galop gaan. De andere 3 blijven in het midden van de bak staan. Op één van die galopperende paarden zit mijn dochter. Mijn hart klopt sneller, mijn buik voelt gespannen en ik kijk gefocust naar mijn dochter en wil tegelijkertijd liever niet kijken.

Ik zie haar stralen, lachen en genieten. Ze zit er helemaal in. En ik ook… maar vooral in de angst. Stel je voor dat er iets gebeurt! De angst dat er een paard gaat bokken of er ineens van doorgaat. En dat ze dan van het paard valt of per ongeluk een trap krijgt.

Paardrijden

Sinds een half jaar zit mijn dochter van tien op paardrijden. Ze wilde het al heel lang en nu was het eindelijk zo ver. Bij de eerste groep waar ze les had zaten best veel bange kindjes. En alsof die pony’s dat voelden…ze gingen elke les iets onvoorspelbaars doen. De ene keer viel er door het gebok iemand van zijn pony, de andere keer stoof er ineens een pony in blinde galop vandoor, met een kind op zijn rug wat zich rot schrok of er afviel.

En elke keer stond ik verstijfd bij die bak. Mijn dochter niet. Die vond dat ‘normaal, dat hoorde bij paardrijden’. Bovendien had ze ook altijd nog een excuus waarom een pony iets deed:

‘hij had erg lang op stal gestaan, wilde beweging hebben’

‘je moest ook (op een lieve manier) laten zien wie de baas is’

‘Die ene moest je nooit vlak achter die ander laten lopen, want dan ging hij bokken’ etc.

Inmiddels zit ze in een andere groep waar ze nog meer, voor mij dan, spannende dingen doen. Zij vindt het geweldig allemaal en het gaat haar goed af. Ik vind het vooral spannend.

Na de les is het de bedoeling dat de kinderen hun pony zelf afzadelen, borstelen en een deken om doen. En dát is een nog grotere, eigenlijk dé grootste reden dat ik altijd zo’n gespannen gevoel in mijn buik heb als ik mee ga naar de manege. Het is de bedoeling dat ze die beesten namelijk zelf op- en afzadelen en verzorgen. Nu is zo’n pony best hoog voor mijn dochter dus eigenlijk moet je dan als ouder gezellig helpen. Maar ik ben doodsbang voor paarden, dus mij krijg je die stal niet in. Sterker nog, als er een ruiter met een paard aan de hand voorbij loopt, sta ik vaak in no time in de poetskast omdat ik zo bang ben dat hij me ineens schopt. Wat ik dus meestal doe met op- en afzadelen, is iemand die daar rondloopt of werkt heeft even aanschieten, om ons te helpen.

Waarom nou dit kijkje in mijn zaterdagmiddag?

Omdat ik ineens een parallel zag.

Mijn dochter begrijpt natuurlijk helemaal niets van mijn angst voor paarden, dol als zij juist is op ze. Dus zij probeert me stukje bij beetje daar van af te helpen. Ze benoemt dat ook, dat ze me gaat helpen en ook hoe ze dat gaat doen. Namelijk elke keer een beetje dichter bij een (makke) pony, of een aaitje geven en ze is ervan overtuigd dat ik daardoor uiteindelijk de stal in durf. Ze vertelt ook dingen die ik zou moeten weten over het gedrag van pony’s, want ik weet er niets vanaf. Zo leer ik er wat over, wat mij minder angstig maak omdat ik het ga begrijpen en krijg ik meer reële gedachten over pony’s.

De parallel die zag was: ze doet dus eigenlijk ongeveer hetzelfde als ik doe, als ik iemand coach die een angst heeft voor iets:

  • benoemen van de angst
  • vertrouwen hebben in iemand dat hij zijn angst zal overwinnen
  • informatie laten zoeken over/uitvinden wat iemand weet van het onderwerp
  • gedachtes onderzoeken die leiden tot de angst.
  • irreële gedachten vervangen door reële gedachten
  • exposure: blootstellen aan. Kleine stapjes maken op weg naar het overwinnen van je angst. Belangrijk daarbij is dat client zelf de stapjes bedenkt en het op zijn tempo doet

En het mooie is: het werkt! Ik ben al minder bang dan een half jaar geleden en ik krijg er langzaam ook vertrouwen in dat het nog veel minder gaat worden. Dank je wel Maud! 😘

Deel dit bericht